Tips

10 Tips voor de Blaasmuzikant

 

  • 1) Concentreer je, open je oren, luister naar je klank  en die van  anderen
  • 2)  Zorg ervoor dat je de luchtstroom volledig onder controle hebt   (ademsteun)

-         Aanzet, het aanspreken

-         de rechte klank van de toon

-         de klank en sterkte van de toon

-         het stoppen van de toon.

  • 3) Lees precies wat er staat

-         voortekens, maatsoort

-         tempi, duur van de noot , ritmiek

-         articulatie en dynamiek

-         verdere aantekeningen betreffende de                               uitvoering

  • 4) Zie het muziekstuk als een verhaal

-         Wat wordt hier verteld

-         Hoe zijn de zinnen

-         Wat is de sfeer / het karakter

  • 5) Zing/ voel/ vertel het verhaal in je hoofd en dan op je  blaas-instrument
  • 6) Maak de zinnen (frasering)

         -         kijk naar de hoofdnoot en speel daar  naartoe

         -         bouw de zin op (spanningsboog dmv   sterkte                         en tempo en niet de noot apart

         -         haal pas adem na een muzikale zin

         -         maak de zin af, zing ze uit

  • 7) Voel de maatsoort en zijn karakter
  • 8) Pas je bij samenspel aan/ in aan het geheel

-         Wat is jouw funktie in het geheel;  hoofdstem   of            begeleiding

-         Hoe sterk moet je spelen (balans)

-         Hoe is je stemming ten opzicht van het  geheel

-         Kijk naar de aanwijzingen van de dirigent

  • 9) Blijf alert en kritisch op jezelf en sta open.
  • 10) Muziek is persoonlijk; iedereen kan er van maken wat ie zelf wil.

 

         Veel plezier met het musiceren!

                                     Anita Jansen