het hoge register

Het spelen van de hoge noten op de trompet is een fel begeerd onderdeel van het spelen op zich. Veel mensen die net beginnen te spelen gaan dan ook al na een paar weken oefenen een soort kamikaze poging wagen om in dit register te geraken. Dit is erg gevaarlijk en schadelijk voor de ontwikkeling. De hoge noten moeten pas in de gevorderde fase aan bod komen.

  • Een van de uitgangspunten in het ontwikkelen van het hoge register is dat het uitgaat van een goed ontwikkeld middenregister. Alle reeds besproken functies van spiergroepen en betrokken lichaamsdelen blijven intact. Er is geen truc om zonder hard te studeren in het middenregister zomaar hoog en hard te leren spelen.

Het is uiteindelijk de bedoeling dat je vanaf het lage tot in het hoge register met eenzelfde toonkwaliteit en relatief gemak kunt presteren.

  • Voor het spelen van een hoge passage is veel lucht nodig. Het is daarom zaak goed en veel in te ademen. Om een goed ademsteun-gevoel te krijgen is door het middenrif te zien als een  ingedeukte ballon vol lucht. Tijdens het spelen moet je dan denken aan het optillen van deze ballon, zodat hij ten alle tijde ingedeukt blijft. De gespeelde toon zal dan als het ware drijven op een zee van lucht.
  • Een andere benadering van dezelfde theorie is de volgende: Eerst speel je een toon in de buurt van een G" met een enorme luchtreserve (ballon vol lucht ). Vervolgens laat je de toon mooi klinken met een feestelijk vibrato en hoog in de kern (je deukt de ballon). Daarna laat je de toon heel even zakken om hem vervolgens weer te laten klinken (je veert op de ballon heen en weer). Dit herhaal je enkele malen. De bedoeling is dat de leerling ervaart dat de toon gesteund wordt door de lucht (drijft op de lucht) en dat er derhalve spraken is van ademsteun.

Voor het plotseling spelen van een hoge passage of scream is het plotseling aanspannen van de buikspieren noodzakelijk.

Hiervoor is de nu volgende oefening erg geschikt. Eerst goed ontspannen en dan rustig ademhalen over 8 tellen (kwartnoot = 60). Hierbij moet je zoveel mogelijk lucht innemen. Dan neem je de trompet zonder mondstuk en blaas je de lucht zo hard mogelijk uit, door het instrument (het liefst in 1 tel eenheid). Dat herhaal je enkele malen. Hierbij voel je duidelijk de plotseling actie van de buikspieren die door deze oefening getraind worden in het plotseling aanspannen en dan weer ontspannen.

 

De luchtstroom moet in het hoge register een hoge snelheid hebben.

  • De achterkant van de tong moet dan ook geheven worden (iii of chi) om de lucht optimaal te versnellen. Pas echter op dat de tong niet te ver geheven wordt of naar achteren getrokken wordt, als dat gebeurt dan stokt de luchtstroom. De amplitude moet verkleind worden om een grote trillingsfrequentie te bewerkstelligen. De spanning wordt hierdoor hoger en zal gecontroleerd moeten worden door de mondkringspieren en gestuurd worden door o.a. de mondhoeken. Bij een te hoge spanning van het embouchure kan de amplitude zich afsluiten. Dat moet natuurlijk voorkomen worden.
  • De mondstukdruk zal altijd (minimaal) groter zijn in het hoge register, daarom is het belangrijk om met een pucker embouchure * te spelen. Het kussen van lipweefsel en spieren wat ontstaat bij het pucker-systeem voorkomt afplatting van het embouchure en dus insnijding, bovendien werkt het een grotere souplesse in de hand.
  • Een goede oefening om de verschillende veranderingen in de ademsteun en de tong en het embouchure te leren ervaren is het spelen van slurs. Begin op een lage Des met de 1-2-3 greep. Neem heel veel lucht en speel de toon klein (dun) en zacht (piano). Probeer dan zonder een onderbreking in het geluid (dus alleen met behulp van de tong, de ademsteun en het embouchure) een slur te maken naar de D b in het hoge octaaf. Let wel, het geluid moet dun en zachtjes zijn en de oefening moet als een relatief lichte inspanning ervaren worden. Dit kan je uiteraard met alle zeven posities herhalen, maar denk er om, forceer nooit!.
  • Ook is het goed om chromatische ladders te spelen over twee octaven. Doe dat dan met piano DA aanzetten en met watten in je oren. Speel elke toon bewust en realiseer je bewust hoe elke toon resoneert en aanvoelt. Daarna doe je het nog een keer maar dan zonder de watten. Probeer hetzelfde gevoel bij de verschillende tonen terug te krijgen. Daarna kun je het nog eens herhalen, maar dan wat harder (f).
  • Het is de bedoeling de speler te laten ervaren dat elke toon met betrekking tot de tong het embouchure en de ademsteun, een vaste (eigen) plaats heeft. Elke toon heeft een absolute plaats in de natuurtoonreeks, als je die plaats eenmaal kent en voelt dan is het plotseling eenvoudig om een toon te spelen in het wat hogere register. De fysieke inspanning blijft natuurlijk wel zwaar.
  • High register training dient plaats te vinden direct na de warming up en moet nooit te lang of te vermoeiend zijn. Er moet naar gestreefd worden om de bewegingen van tong en embouchure te minimaliseren. Het leren beheersen van de coördinatie van de verschillende functies en die van belang zijn voor het high register spel is een langzaam proces en moet ook als zodanig benaderd worden. De lippen moeten altijd gezond en sterk blijven aanvoelen en tussendoor uitrusten kan nooit kwaad.
  • Voor wat betreft het openhouden en controleren van de amplitude verwijs ik naar de Thinking down - going up en Thinking up - going downoefening, zoals ik die omschreven heb in het hoofdstuk embouchure binnen het mondstuk. Tot slot van dit verhaaltje zou ik nog een keer duidelijk willen stellen dat wanneer alle trompet technische disciplines in het midden- en laag register goed uitgevoerd worden, dat het hoog spelen dan vanzelf zal volgen.
  • Oefen in de laagte de hoogte.

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb